De familie Stoppendaal

De ingang voor de persoonskaarten

©Nelly van der Hoeven

|A |B |C |D |E |F |G |H |I |J |K |L |M |N |O |P |Q |R |S |T |U |V |W |X |Y |Z |-- |

Willem I van Holland

GeslachtMan
Leeftijd± 57 jaar
 
Geboren± 1165
Overleden4-2-1222
naar grafiek voorouders naar grafiek nakomelingen
Vader Floris III van Holland
 Geboren ± 1140
 Overleden 1-8-1190
Moeder Ada van Schotland
 Geboren ± 1143
 Overleden 1204
 
Huwelijk 1198 te Stavoren
 
metAleida van Gelre
 Geboren± 1178
 Overleden2-4-1218
Kind  Floris IV
Huwelijk 1220
 
metMaria van Brabant
 Geboren± 1189
 Overleden1260
 
 
Notities persoonUit wikipedia:
Willem I (rond 1165 - 4 februari 1222) was sinds 1203 graaf van Holland. Hij volgde zijn broer Dirk VII op als graaf van Holland. Willem I werd begraven in de Abdij van Rijnsburg. Hij heeft veel roem vergaard door zijn deelname aan de vijfde kruistocht.

Willem I was een jongere zoon van graaf Floris III en Ada van Schotland en hij bracht zijn jeugd door in Schotland.

Huwelijk en Kinderen:
Willem I huwde in 1197 te Stavoren met Aleid van Gelre, dochter van Otto I van Gelre. Uit dit huwelijk werden vijf kinderen geboren:

* Ricardis,
* Ada, die omstreeks 1239 abdis van de abdij van Rijnsburg werd,
* Floris die hem als Floris IV in 1222 opvolgde,
* Otto die in 1234 bisschop van Utrecht werd,
* Willem.

Zijn vrouw Aleid overleed op 12 februari 1218. Willem I nam op dat moment deel aan de vijfde kruistocht. Na zijn terugkeer in Holland in 1220 huwde Willem voor een tweede maal, nu met Maria van Brabant, de weduwe van keizer Otto IV. Dit tweede huwelijk is kinderloos gebleven.

De broedertwist:
In 1189 begeleidde Willem zijn vader toen die deelnam aan de derde kruistocht. Zijn vader overleed in 1190 tijdens de kruistocht en zelf werd Willem tijdens zijn terugtocht in Frankrijk gevangengenomen.

Hij keerde in 1191 in Holland terug en raakte in onmin met zijn oudere broer Dirk VII die zijn vader Floris III als graaf van Holland was opgevolgd. Willem zocht daarom steun bij de opstandige Friezen.

Omdat Dirk op dat moment niet weg kon uit Zeeland stuurde hij zijn vrouw Aleid met een leger naar West-Friesland. In november 1195 kwam het tot een treffen tussen Aleid en haar zwager Willem. Aleid wist het treffen naar haar hand te zetten door de leiders van Niedorp en Winkel om te kopen.

Uiteindelijk werd de ruzie tussen beide broers bijgelegd, en kreeg Willem het bestuur over het graafschap Midden-Friesland. Deze functie bracht Willem echter al snel weer in conflict met zijn broer.

Hendrik de Kraan, heer van Kuinre, hield plundertochten in Midden-Friesland. Willem nam wraak en vernietigde de burcht van Kuinre. Deze Hendrik van Kuinre was leenman van de Bisschop van Utrecht. Dirk VII had van Hendrik VI in 1196 het tijdelijk bewind over het bisdom Utrecht toegekend gekregen, en zijn oom Dirk van Holland als Bisschop van Utrecht laten aanstellen. Dirk VII kon dus niet toestaan dat zijn broer bezittingen van het bisdom Utrecht vernielde, en liet Willem door Hendrik van Kuinre gevangennemen.

Willem ontsnapte echter en vluchtte naar Otto I van Gelre. Dirk VII was als beheerder van het bisdom Utrecht namelijk in conflict gekomen met Otto van Gelre omdat deze het Oversticht (Overijssel en Drenthe) wilde bemachtigen van het Bisdom. In 1197 trouwde Willem met Aleid van Gelre, de dochter van zijn gastheer.

De Loonde Oorlog:
Toen graaf Dirk VII in 1203 stierf was van zijn drie kinderen alleen zijn dochter Ada nog in leven. Willem betwistte het recht van opvolging van Ada, die onmiddellijk na de dood van haar vader in het huwelijk was getreden met Lodewijk II van Loon. Het gevolg was de zogenaamde "Loonse oorlog" Aanvankelijk was Willem aan de winnende hand maar in 1204 wist Lodewijk hem met behulp van de steun van de graaf van Vlaanderen en de bisschoppen van Luik en Utrecht naar Zeeland te verdrijven. Vanaf 1205 wist Willem het graafschap vanuit Zeeland te heroveren. In 1206 werd de vrede getekend en formeel werd het graafschap tussen Willem en Lodewijk van Loon opgedeeld. Willem kreeg Zeeland en de streek rond Geertruidenberg, Lodewijk de rest. Het lijkt er echter op dat Willem gewoon door regeerde in Holland. In 1213 ontving hij het graafschap als rijksleen van keizer Otto IV en hierna was Willem I ook in naam Graaf van Holland. In 1214 nam hij aan de zijde van keizer Otto IV deel aan de slag bij Bouvines. De Franse koning Philippe-August versloeg daar een coalitie van Duitsers, Engelsen en Vlamingen en hun bondgenoten. Hij wordt dan genoemd: de behaarde graaf van Holland.

De Vijfde Kruistocht:
In 1216 nam Willem I deel aan een Franse expeditie naar Engeland tegen Jan zonder Land. De Engelse koning bracht het verdrag uit 1206 weer boven tafel en erkende alleen Lodewijk van Loon als graaf van Holland. Ook bereikte hij dat Willem I door de paus in 1216 werd geëxcommuniceerd. Mede om van deze ban af te komen heeft Willem I in 1217 aan de vijfde kruistocht deelgenomen. Op deze tocht verwierf hij veel roem.
Met zijn leger van Friezen, Hollanders en Vlamingen zeilde Willem langs de Europese kust op weg naar het heilige land. Door een storm raakten de schepen uit koers en de vloot, waarbij zich inmiddels ook Engelse schepen hadden gevoegd, zocht beschutting op een Portugese rivier. De Portugese koning Alfons II wist de kruisridders over te halen hem te helpen in de strijd tegen de Moorse overheersing in zijn land. Willem I gaf gehoor aan het verzoek en voer op 30 juli 1217 met zijn vloot naar Lissabon. De stad was tachtig jaar eerder tijdens de tweede kruistocht bevrijd, maar de Moren waren nooit helemaal verdreven uit Portugal. Na een hevige strijd om fort al-Kasr en met de belofte van Willem I op een vrije aftocht gaven de Moren zich op 21 oktober 1217 over. Eenmaal buiten de vesting stortte het leger van Willem I zich op de ongewapende Moren en slachtte dezen af. Als dank bood de Portugese koning de kruisridders land aan; vele ridders aanvaardden dit. Willem I verloor hierdoor een groot deel van zijn leger en vroeg daarom aan Paus Honorius III om hem te ontheffen van zijn kruisvaartverplichting en hem toe te staan in plaats daarvan de strijd in Portugal voort te zetten, maar de paus weigerde om op dit verzoek in te gaan. Een deel van de vloot ging daarna op weg naar Akko. Willem zelf overwinterde met de rest van de vloot in Portugal en zou later volgen.

In de lente van 1218 kwam Willem met de Friezen, Hollanders en Engelsen aan in Akko, waar de andere kruisridders zich reeds hadden verzameld. Besloten werd om de Noord-Egyptische stad Damiate te veroveren, zodat daarna de rest van het door de Ayyubiden geregeerde rijk kon worden ingenomen. Op 27 mei 1218 kwamen de kruisridders aan bij Damiate, en op 5 november 1219 viel de stad in handen van de kruisvaarders. De Egyptische Sultan al-Kamil stelde daarop voor om Damiate te ruilen voor Jeruzalem. De meeste kruisridders waren ingenomen met dit voorstel, maar de pauselijke afgezant Pelagius weigerde. Niet door onderhandelingen, maar door strijd moest Jeruzalem worden ingenomen. Toen Willem I dit hoorde ontstak hij in woede en keerde met zijn leger terug naar huis.

Pelagius en een deel van de kruisridders trokken verder Egypte in richting Caïo, maar zij werden verrast door de jaarlijkse overstroming van de Nijl. Hun legerplaats veranderde in een eiland en ze moesten het pas veroverde Damiate opgeven in ruil voor een vrije aftocht. Ontgoocheld keerden ze terug naar huis.

Bestuur:
Willem I verleende stadsrechten aan Geertruidenberg (1213), Middelburg (1217), Dordrecht (1220) en waarschijnlijk ook aan Leiden. Tijdens zijn bewind zijn een aantal belangrijke waterstaatkundige werken uitgevoerd, waaronder de bedijking van de Groote of Hollandsche Waard.

Verder gaf hij een belangrijke aanzet tot het ontstaan van de hoogheemraadschappen.