De familie Stoppendaal

De ingang voor de persoonskaarten

©Nelly van der Hoeven

|A |B |C |D |E |F |G |H |I |J |K |L |M |N |O |P |Q |R |S |T |U |V |W |X |Y |Z |-- |

Maria Amilia de la Rivière

GeslachtVrouw
Leeftijd85 of 86 jaar
 
Geboren1710teGorinchem
Overleden31-5-1796te’ s Gravenhage
Begraven31-5-1796teVoorburg
 
Huwelijk
 
metJacob Stas van Halewijn
 Overleden< 1748
 
Huwelijk
 
metJohannes Phaff
 
Ondertrouw 29-1-1764 te
 
metAnthon Levijn van Pabst
 Geboren12-9-1712
 Overleden8-3-1785
 
NotitiesAttestatie afgegeven om in ’s Hage te trouwen. Majoor van de Esquadrons
 
 
Notities persoonMaria is (tenminste) 3 keer getrouwd, haar huwelijk met Anthon Levijn was haar derde.
In 1765 kreeg zij de hofstede De Werve onder Voorburg van haar dochter (uit een eerder huwelijk) Jacoba Emilia van Halewijn.

en:

In ca. 1745 werd in Suriname de koffieplantage Zorgvliet aangeloegd door Mr. Jacobus van Halewijn, Heer van Werven. Deze was in 1742 in Nederland aangesteld als Raad-fiscaal onder Mauricius, met wie hij sedert lang bevriend was. Toch keerde hij zich in 1745 tegen dezelve, omdat Mauricius het lucratieve exploiteurs-ambt van het fiscalaat afscheidde. Hij werd op request van Mauricius door de Societeit in 1746 uit zijn ambt ontslagen en stierf in datzelfde jaar.Jacobus was niet geliefd bij de inwoners van Suriname. Zijn bijnaam was "de lange neus". (Sijpesteijn, p.35). Hij was gehuwd met Maria Emilia de la Rivière. ca. 1750 -Ds: Phaff en echtgenote. De Lutherse leraar Johannes Phaff uit Zaandam arriveerde in 1742 met vrouw en kind in de kolonie. De bedoeling was dat hij op zou treden als eerste predikant van de opgerichte Lutherse gemeente. Hij heeft ook enige tijd als zodanig gefunctioneerd. De allereerste doop ? op 6 januari 1743 - werd door hem verricht. In juni van datzelfdejaar doopte hij zijn eigen dochtertje: "...26 Juny 1743 een kind gedoopt en genaamd Fransina Alida. De vader: Ds. Johannes Phaff; de moeder: Debora Spelder. Getuigen: Frans Lourents Wried en Anna du Four, in wiers plaats stonden Diederich Gottfried Eberhart en Anna Sandhorst......" Na dit hoogtepunt volgden moeilijke jaren voor Phaff. Zijn echtgenote Debora Spelder stierf. Ook met zijn loopbaan ging het niet naar wens. Er ontstond diepgaande onenigheid tussen dominee en gemeente. Pogingen tot verzoening mochten niet baten. De weduwnaar-dominee hertrouwde in 1745 met Jeanne Houtkoopers, weduwe van Pierre Thourron, die van haar eerste man de drie plantages Domburg, la Ressource en Liège aan de Surinamerivier had geerfd. Bovendien erfde zij van haar vader een deel van de grote plantage Houtthuijn aan de Para. Jeanne Thouron stierf reeds 2 jaar daarna. Phaff hield er vier plantages aan over. In 1749 hertrouwde hij opnieuw, ditmaal met Maria Emilia de la Riviere, weduwe der fiscaal Halewijn van Werven. Zij was eigenaresse van de plantage Zorgvliet. Zodoende werd Phaff mede-eigenaar van Zorgvliet. Een dominee als eigenaar was aanleiding voor de benaming "domini" die de plantage van slavenbevolking kreeg. Na het huwelijk vertrok het paar naar Nederland. Phaff retourneerde in 1757 voor korte tijd, maar vertrok weer. In 1762 werd in de kerk van Paramaribo zijn dood bekendgemaakt. Maria Emilia de la Riviere trouwde ten derde male, met kolonel Anthony van Pabst. Zij woonde toen allang in Nederland, en is nooit meer naar Suriname teruggekeerd.

bron: Inventaris van het archief van de hofstede De Werve onder Voorburg en https://www.genealogieonline.nl/west-europese-adel/I1073961812.php