De familie Stoppendaal

De ingang voor de persoonskaarten

©Nelly van der Hoeven

|A |B |C |D |E |F |G |H |I |J |K |L |M |N |O |P |Q |R |S |T |U |V |W |X |Y |Z |-- |

Johannes Fockema

GeslachtMan
Leeftijd74 jaar
 
Geboren12-3-1745teDokkum
Gedoopt14-3-1745teDokkum
Overleden5-1-1820teDokkum
naar grafiek voorouders  
Vader Daam Fockema
 Geboren 28-4-1700
 Overleden 8-10-1768
Moeder Wytske Higt
 Geboren 7-4-1710
 Overleden 24-2-1780
 
Huwelijk 15-7-1770 te Dokkum
 
metTrijntje van Kleffens
 Geboren26-2-1748
 Overleden27-2-1819
 
NotitiesJohannes en Trijntje hebben tenminste 6 kinderen gekregen,
  • Daam Fockema (6 juni 1771 - 31 juli 1855)
    Fries liberaal Tweede Kamerlid in de periode vóór 1848. Advocaat in Leeuwarden en daar later ook notaris. Volmacht ten Landdage van Friesland en actief in de Patriottenbeweging. Bekleedde in de Bataafse Tijd bestuurlijke functies en werd in 1817 lid van de stedelijke raad van Leeuwarden. In 1822 door de Staten gekozen tot Tweede Kamerlid en daar één van de belangrijkste opposanten tegen de politiek van Willem I en Willem II. In 1830 verliet hij de Kamer uit moedeloosheid over de geringe bereidheid tot hervormingen, maar in 1831 werd hij weer lid. Hij was tegenstander van de volhardingspolitiek tegenover België.
  • Eelco Fockema (1774-1839), gehuwd met Gertje Tonnema.
  • Sybrandus Fockema
  • Ynso Fockema
  • Nicolaus Fockema (12 jan. 1784 te Dokkum - 1863), gehuwd met Theodora Wibbina Aria Adriani.
  • Wytske Sjoerdina Fockema (1790-1801)
Kinderen  Sybrandus
Ysno
 
Notities persoonJohannes was eigenaar van een zout- en een zeepziederij te Dokkum en werd reeds in 1768 lid der vroedschap van Dokkum en in 1770 burgemeester van die stad. Als burgemeester was hij in 1774 een van de gecommitteerden van Dokkum naar de Staten van Friesland.

Johannes was een zeer ijverig Patriot, aangesloten bij de partij van C.L. Beyma. Toen in september 1787 het Patriottentijdperk ten einde kwam en de macht van de Oranjes met hulp van de Pruisen hersteld werd, vluchten veel patriotten naar Frankrijk. Johannes lukte dit echter niet en hij werd van 18 oktober 1787 tot 20 maart 1789 in Leeuwarden op het Blokhuis gevangen gehouden. Hij werd ook afgezet als burgemeester en onbevoegd verklaard om nog enige lands- of stads betrekking te vervullen. In 1794 werd de Republiek bezet door de Fransen, die begin 1795 alle prinsgezinde machthebbers weer vervingen. Het vonnis over Johannis werd door de nieuwe authoriteiten vernietigd en hij is weer burgemeester van Dokkum geworden, tot hij in 1804 zelf ontslag nam.

In 1813 werd Nederland weer onafhankelijk. Johannes werd op 29 augustus 1814 bij souverein besuit benoemd tot lid van de provinciale Staten van Friesland. Bij zijn periodieke aftreding per 1 Juli 1819 heeft hij verzocht die aanstelling niet meer te verlengen.

bron: NNBW, deel 8